De kolenmijn Michal in Ostrava-Michálkovice

De kolenmijn Michal in Ostrava-Michálkovice

Alsof de mijnwerkers net hun werk beëindigden.

Als u van plan bent om de stad Ostrava te bezoeken en belangstelling heeft in de geschiedenis van de industrie van deze gemeente, mag u een bezichtiging van de voormalige kolenmijn is Ostrava-Michálkovice niet overslaan. De kille ruimtes zien eruit, alsof de mijnwerkers ze pas net hebben verlaten, alsof zij zojuist nog ondergronds waren en kolen delfden. Dit nationale culturele monument staat thans op de indicatieve werelderfgoedlijst van de UNESCO.
De meer dan 600 m diepe kolenmijn in Ostrava genoemd naar de keizerlijk-koninklijke hofraadsheer Michael Laier werd geopend in 1843. Tussen 1913 en 1915 werd de mijn geëlektrificeerd en tegelijkertijd op genereuze manier omgebouwd volgens een project van de architect František Fiala, een leerling van de befaamde stichter van de Weense industriearchitectuur Otto Wagner. De inkrimping van de delfactiviteiten in de mijn Michal begon in 1993. Het rad aan de mijntoren kwam tot definitieve stilstand in 1995.

De nieuwe exposities bevatten unieke verzamelingen zoals een expositie van de mijnmeetkunde, een kantoor van een geoloog, een expositie over eerste hulp en een dispatching. Het areaal van de mijn inclusief de machinekamer met de oorspronkelijke technische voorzieningen is toegankelijk voor het publiek. De bezichtigingsroute, die de weg van een mijnwerker van de kleedkamers tot de eigenlijke mijngroeve volgt, is ingericht als op de laatste werkdag. U kunt bijvoorbeeld de kleedkamer met kettingen bezichtigen, die zo functioneerde, dat de mijnwerkers hun civiele kleding op een kapstok hingen en deze via een systeem van kettingen naar het plafond van de ruimte tilden. Een andere ruimte is de plaats voor de uitgifte van tussenmaaltijden, de zogenaamde "lampenkamer", waar de mijnwerkers lampen toebedeeld kregen. De kolenmijn Michal was een voorbeeld van ontwikkeling van de techniek. De machines moesten niet alleen de gedolven kolen transporteren en de mijnwerkers naar de diepte neerlaten, maar ook bijvoorbeeld de werkplekken met lucht voorraden of grondwater wegpompen. Met de voortschrijdende ontwikkeling werden de oorspronkelijke stoommachines vervangen door elektrische machines.